- amai
- zeg
- allez / allé
- jonges toch
- man, man, man
- ik heb het gehad
- effe
- seffes
- oe is 't?
- zijt ge mee?
- awel
- ik ben ermee weg
- ik ben door
- het zit erop voor vandaag
- iets gewend zijn
- geraken
- ça va
- 't is te doen
- 't is niet te doen
- zijn gedacht zeggen
- iets (niet) zien zitten
- da's nikske
- zijn plan trekken
- Hoe komt het dat...?
- ambetant
- klappen / babbelen
- mo vint toch
- mo how zeg
mar 10 2024 ∞
may 25 2024 +